Beleidsplan Ruimte provincie West-Vlaanderen: “Too little, too late”

West-Vlaanderen – De conceptnota van het Beleidsplan Ruimte werd in de provincieraad op stevige kritiek onthaald. “De provincie komt 3 jaar later dan de andere provincies met de eerste stap om tot een beleidsplan te komen. Dit alleen al is niet aanvaardbaar. Bovendien werd een onafgewerkte en onevenwichtige nota voorgelegd met een zeer laag ambitieniveau”, aldus provincieraadslid Wim Aernoudt uit Gistel.

Het Beleidsplan Ruimte moet voor het grondgebied van West-Vlaanderen richting geven aan de ruimtelijke ontwikkeling met als horizon 2040. Dit beleidsplan komt in de plaats van het ruimtelijk structuurplan. Aan een Beleidsplan Ruimte wordt in beleidskaders specifieke thema’s verder uitgediept.

Alle andere provincies hebben hun conceptnota’s in de provincieraad gebracht in de loop van 2019. Het is markant dat de West-Vlaamse deputatie daar pas in slaagt in april 2022. “De ambitie van de provincies om als streekmotor de zaken te laten vooruitgaan, wordt in West-Vlaanderen niet gehaald. Dat is voor de ruimtelijke ontwikkeling van onze provincie een heel slechte zaak,” aldus provincieraadslid Wim Aernoudt.

Raadslid Aernoudt vervolgt: “De nota die aan de provincieraad werd voorgelegd is dan nog bijzonder onevenwichtig. Een aantal thema’s zijn al vrij ver in detail uitgewerkt. Andere thema’s moeten met een vergrootglas tussen de lijnen gezocht worden. De problematiek rond waterzieke gebieden en ontharding zijn thema’s waarover de flou artistiek overheerst terwijl de toekomst van activiteiten in de open ruimte die daar eigenlijk niet thuishoren, al tot in detail zijn opgenomen.”

“Deze conceptnota moet kernachtig de ambitie van de provincie weergeven. Het valt op dat deze nota voor veel thema’s vooral het gebrek aan ambitie weergeeft. Alle kansen om West-Vlaanderen in de toekomst beter te beheren, beter te organiseren, staan nu al onder druk voor wat betreft de ontwikkeling van de open ruimte. In een provincie waar toerisme economisch zo belangrijk is, is dat zelfs economisch onbegrijpelijk. Het wordt voor de West-Vlaming een grote uitdaging om tijdens de publieke raadpleging die later dit jaar volgt één en ander recht te trekken”, besluit raadslid Aernoudt.