West-Vlaanderen moet de Vlaamse subsidies voor fietssnelwegen volledig koesteren

West-Vlaanderen – Het provinciebestuur liet in een persbericht uitschijnen dat Vlaanderen beter de realisatie van fietssnelwegen in de toekomst op zich diende te nemen. Dit bracht wat beroering in de provincieraad van maart 2021. Niet minder dan vier raadsleden uit vier verschillende partijen wilden hierover uitleg van de bevoegde gedeputeerde. Raadslid Luc Coupillie (N-VA) had in eerste instantie vooral veel begrip voor dit verrassende nieuwe standpunt van de deputatie, maar moest na de uitleg van de gedeputeerde concluderen dat er vooral schoten voor de boeg waren gelost.

De Provincie werkt op drie sporen wat betreft het fietsbeleid, met name de realisatie van fietsfondsprojecten, de fietsontsluiting van bedrijventerreinen en de realisatie van fietssnelwegen. Uitlatingen in de pers van gedeputeerde Jurgen Vanlerberghe begin maart 2021 lieten uitschijnen dat daar wenselijk één spoor zou worden uitgebroken en dat Vlaanderen best de realisatie van de fietssnelwegen in de toekomst helemaal op zich zou nemen. Hij verwees hierbij dat Vlaanderen de beheerder is van de autosnelwegen en dat voor de snelle fietsmobiliteit beter dezelfde logica zou gevolgd worden. De N-VA fractie kon die redenering en dit standpunt wel volgen.  

Provincieraadslid Luc Coupillie confronteerde de bevoegde gedeputeerde op de provincieraad van maart 2021 dan ook met volgend statement: “Vlaanderen is ook bevoegd voor de gewestwegen. In die zin zou Vlaanderen ook het beheer van alle fietsdossiers kunnen overnemen. Op die manier zou de fietsmobiliteit in de toekomst alleen nog in handen zijn van twee overheden, de Vlaamse en de gemeentelijke, net zoals dat nu al is voor de mobiliteit met motorvoertuigen.”

Een confrontatie met deze gedachtegang van bestuurlijke vereenvoudiging deed de gedeputeerde zijn mening herzien: “Mijn uitspraken in de pers waren eerder provocerend bedoeld, dit om Vlaanderen uit zijn kot te lokken en meer financiën op te eisen voor de broodnodige fietsrealisaties”, aldus  gedeputeerde Vanlerberghe.

Dat het uitrollen van een afdoend fietsnetwerk pakken vol geld kost, dat is een understatement. Dat Vlaanderen nu historisch hoge bedragen hiervoor uittrekt is al even waar. Het Vlaamse fietsfonds waaruit de Provincie kan putten werd nog maar eens opgetrokken.  Uiteraard kun je daarmee niet van vandaag op morgen alles op orde brengen. Maar sedert het bestaan van het fietsfonds (2006) was geld nooit de hinderpaal voor een te trage opgang van fietsrealisaties.

“Een studie van fietsfondsbestedingen gedurende de eerste 10 jaar van het bestaan van dit fonds leerde me dat de voorziene fondsen jaarlijks meestal niet voor de helft werden opgebruikt”, aldus Coupillie. De oorzaak van een te stug fietsbeleid moeten dus niet bij de financiën gezocht worden, maar wel bij de inspraak van heel wat privé en/of meestal overheidsinstanties die om één of andere reden een fietsproject niet genegen zijn en een fietsdossier op de lange baan schuiven. Toch hebben we er goede hoop op dat in deze legislatuur 2020 – 2025 er heel wat vooruitgang zal geboekt worden in West-Vlaanderen. De to-dolijst inzake fietsinfrastructuur die de bevoegde gedeputeerde bekend maakte in de budgetbesprekingen van 2019 en bevestigde in 2020 was indrukwekkend. Voor deze toekomstige realisaties krijgt hij de volle steun van de N-VA fractie.”

“De voorziene Vlaamse financiën uit het fietsfonds zouden voor het eerst kunnen opgebruikt worden en zou het fietsnetwerk er beduidend op vooruit gaan. We duimen alvast dat de gedeputeerde zijn vooropgestelde wensen kan realiseren,” aldus Coupillie.

Specifiek voor Diksmuide, thuisbasis van raadslid Luc Coupillie, stand van zaken fietsprojecten, april 2021:

“De voorziene Vlaamse financiën uit het fietsfonds zouden voor het eerst kunnen opgebruikt worden en zou het fietsnetwerk er beduidend op vooruit gaan. Op het grondgebied Diksmuide verwachten we nog dit voorjaar de opstart van de aanleg van een dubbelrichtingsfietspad in de Rousdammestraat (raming 1.900.000 €). Ook de broodnodige snelle fietsverbinding Diksmuide station – Zarren langs de spoorweg is in deze legislatuur geagendeerd. Het dossier voor een veilige fietsverbinding Esen – Vladslo, sedert 2012 op de agenda maar nog altijd zonder gevolg, zou nu toch uit de impasse geraken. Het is zeer goed dat de plaatselijke bevolking bij de bestuurlijke overheden hier blijft druk zetten en ze telkenmale herinnert aan dit voor de zwakke weggebruiker moordend stuk weg. Ook de Kortewildestraat zou in 2024 voorzien worden van een  nieuwe fietsverbinding.  We duimen alvast dat de gedeputeerde deze vooropgestelde betrachtingen kan realiseren,” aldus Coupillie.

Ook in de Schoorbakkestraat zou het Vlaams Gewest ‘binnenkort’ starten aan de realisatie van een vrijliggend dubbelrichtingsfietspad