Minister Diependaele investeert 175.000 euro in Grauwzustersklooster in Lo-Reninge

Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele (N-VA) maakt 175.000 euro vrij voor de restauratie van de gevels en daken van het voormalige Klooster van de Grauwe Zusters in Lo-Reninge. “Het voormalige klooster is een beschermd monument en wordt al enkele jaren gebruikt als gemeentehuis. Dankzij deze Vlaamse steun krijgt het gebouw nu een belangrijke opfrisbeurt. Dat draagt bij tot het uitzicht en de uitstraling van Lo-Reninge. Het is daarom belangrijk dat Vlaanderen hierin blijft investeren”, reageren gemeenteraadslid Frank De Poortere (Inspraak) en provincieraadslid Luc Coupillie (N-VA) tevreden.

Dankzij deze standaardpremie van de Vlaamse overheid kunnen eigenaars van onroerend erfgoed via een eenvoudige procedure snel ondersteuning krijgen om hun erfgoed te onderhouden. “Ook de gemeente Lo-Reninge maakt nu gebruik van deze premie om het Grauwzustersklooster in goede conditie te houden. Dat is de beste manier om dure restauraties te vermijden. Het is één van de vele erfgoedprojecten in de Westhoek waarvoor Matthias Diependaele deze bestuursperiode centen voor vrijmaakt. Het is duidelijk dat de minister een boontje heeft voor het erfgoed in West-Vlaanderen”, vertelt Luc Coupillie, provincieraadslid uit Diksmuide.

Volgens Frank De Poortere, fractieleider van Inspraak en tevens lid van de N-VA, kent het voormalige klooster van de Grauwzusters een bijzondere geschiedenis. “Het klooster werd gesticht in 1492. Een jaar later kregen de zusters van keizer Maximilaan I toestemming voor de bouw van een kleine kapel, een eetzaal, slaapgebouw en toren met klok. In de eerste Wereldoorlog moest de toren en het 17de eeuwse hospitaal aan de oostzijde van de markt het ontgelden onder het zware Duitse geweld. Gelukkig werd de toren later herbouwd en ook de westvleugel werd gerestaureerd en aangepast. Sinds 2012 is het klooster officieel het gemeentehuis van Lo-Reninge”.