West-Vlaamse braindrain blijft toenemen

Op 13 maart 2015


Meer dan 60 procent van de West-Vlaamse jongeren kiest voor een universiteit of hogeschool buiten de provincie. Ten opzichte van 2006 is die braindrain alleen maar toegenomen. In geen enkele andere provincie is de uitstroom zo groot.

Knappe West-Vlaamse koppen zoeken steeds vaker hun heil buiten de eigen provincie. In het academiejaar 2013-2014 telde West-Vlaanderen 37.270 studenten, een forse stijging ten opzichte van 2006-2007. Toen gingen 'slechts' 29.343 jongeren naar een hogeschool of universiteit. Maar daarmee houdt het goede nieuws ook op.

Uit cijfers van het Agentschap voor Hoger Onderwijs, die voor De Morgen werden verwerkt door de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij West-Vlaanderen, blijkt dat een steeds groter wordende groep kiest voor een opleiding buiten de eigen provincie. Vorig academiejaar koos 61,5 procent van alle studenten ervoor om verder te studeren buiten West-Vlaanderen, daar waar het zeven jaar eerder ging om 59,3 procent. "We moeten van zulke cijfers geen halszaak maken", reageert Marc Depaepe, campusrector van KU Leuven Campus Kulak. "Het aantal studenten is verdubbeld en ons hoger onderwijslandschap is maar een boogscheut groot. Onze campus telt meer dan honderd doctoraatsstudenten en twintig nationaliteiten. Ik ontken niet dat er een braindrain is, maar er is ook sprake van een braingain."

Nochtans is uitstroom nergens groter dan in West-Vlaanderen. Vlaams-Brabant volgt weliswaar met 53,1 procent, maar dat is een lager cijfer dan in 2006. Limburg staat op drie, Oost-Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kennen de kleinste uitstroom.

"Oost- en West-Vlaanderen zijn traditioneel erg verstrengeld", zegt Joris Hindryckx, directeur van hogeschool VIVES. "Aangezien er geen grote universiteit in onze provincie is, trekken veel jongeren naar Gent. Ook mobiliteitsproblemen spelen ons parten. Gent is beter bereikbaar dan steden binnen de eigen provincie. We moeten meer doen om bijvoorbeeld Kortrijk en Brugge als studentensteden te promoten."

Volgens Depaepe kunnen nichespecifieke opleidingen een mogelijke oplossing bieden. "Mijn idee is dat we op langere termijn met nichespecifieke masters-na-masters of gewone masters starten", aldus de rector. "Zo zouden we kunnen inspelen op de regionale, industriële behoeftes en heb je een wapen om de braindrain te veranderen in een braingain. Maar zoiets kan niet binnen enkele jaren gerealiseerd worden."

Na de studies terug naar huis

Er is nood aan een actieplan. Ook N-VA West-Vlaanderen pleitte daar onlangs nog voor (nieuwsbericht Luc Coupillie - 04/03/2015). Jean de Bethune (CD&V), gedeputeerde voor het hoger onderwijs, vindt het vooral belangrijk dat vertrekkers gestimuleerd worden om na hun studies opnieuw naar huis te komen. "Het is positief dat jongerenelders gaan studeren en ervaring opdoen, maar daarna moeten wij zorgen dat ze willen terugkomen naar West-Vlaanderen", zegt De Bethune. "Dat lukt momenteel nog niet voldoende. Nu al moedigen we hen aan om terug te keren in de hoop dat wij daar de economische vruchten van plukken. Zo kunnen studenten die na hun studies nog gedomicilieerd zijn in West-Vlaanderen met steun van de provincie ervaring opdoen in het buitenland. Ze kunnen bijvoorbeeld een stage doen in Frankrijk, dichtbij huis, maar ook een job uitvoeren in Chili."

Toch beseft ook De Bethune dat zelfs een stagevooruitzicht in het buitenland misschien niet voldoende is. "Er moet verder op worden ingezet. Aan het einde van het academiejaar gaan we dan ook een campagne opstarten. Die is ontwikkeld met creatieve, jonge ondernemers en moet andere jongeren aanzetten om te studeren in West-Vlaanderen."

Braindrain West-Vlaanderen

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is