Bezoekerscentra West-Vlaamse provinciale domeinen trekken jaarlijks ongeveer 200.000 bezoekers aan

West-Vlaanderen - Naast het Zwin beschikt de provincie West-Vlaanderen over vijf bezoekerscentra op de provinciale domeinen en die krijgen jaarlijks ongeveer 200.000 bezoekers over de vloer. Dat blijkt uit cijfers die provincieraadslid Kurt Himpe (N-VA) vroeg aan gedeputeerde Guido Decorte (CD&V).

“De werking van elk bezoekerscentrum is zeer divers en daarom is een vergelijking tussen de bezoekerscentra niet eenvoudig”, verduidelijkt de gedeputeerde.

“Uit de cijfers blijkt dat gemiddeld vooral losse bezoekers naar de bezoekerscentra afzakken”, zegt provincieraadslid Himpe. “Ze vormen 44 procent van de bezoekerscijfers door een bezoek te brengen aan tentoonstellingen, iets te kopen in de winkel of een vraag te gaan stellen aan het onthaalpersoneel.”

Door het georganiseerd aanbod komen ook veel scholen over de vloer. “In bepaalde gevallen zijn de scholen zelfs goed voor 80 tot 90 procent van de groepsbezoeken”, aldus Himpe. “Grote evenementen trekken ook heel wat mensen aan.”

“De bezoekerscentra organiseren ook veel activiteiten om bezoekers aan te trekken”, besluit Himpe uit de ontvangen informatie. “Zo resulteren de educatieve modules in een bereik van bijna 50.000 unieke leerlingen.” Daarnaast blijken toegankelijke tentoonstellingen, zoals die van Stephan Vanfleteren, veel extra bezoekers aan te trekken. Gedeputeerde Decorte meldt dat in de komende jaren op dat stramien verder zal gewerkt worden.

Terugval in 2016

Uit de cijfers blijkt ook dat er in 2016 een daling werd genoteerd. “Dat komt zeker door de terroristische dreiging die in heel de sector voelbaar was en ook een impact had op het aantal buitenlandse bezoekers”, besluit Himpe.

(Zie bijlage rechts met de bezoekerscijfers per bezoekerscentra)