Hoge concentratie aan West-Vlaamse verbrandingsovens was te vermijden

Op 26 februari 2014

 

Brugge/Oostende/Gistel – De milieuvergunning die verleend werd door de provincie West-Vlaanderen voor de biostoomcentrale van Oostende kwam in Ter Zake van 25 februari opnieuw onder de aandacht. De West-Vlaamse provincieraad loopt in dit dossier reeds een maand vooruit in deze actualiteit. Tijdens de provincieraad van eind december werden reeds heel wat kritische bedenkingen geformuleerd door N-VA-provincieraadslid Wim Aernoudt (Gistel) over de toegekende milieuvergunning.

Provincieraadslid Wim Aernoudt: “We herhalen hierbij onze fundamentele kritiek of de deputatie niet opvallend welwillend is geweest bij het toekennen van milieuvergunningen aan Electrawinds. Bij de beoordeling van een milieuvergunningsaanvraag voor de biostoomcentrale in Oostende moeten correcte en haalbare voorwaarden worden opgelegd in de toekomst.”

“Het kan niet dat er een miljoen kilometer vrachtwagenverkeer per jaar nodig is om het afval aan te voeren waarop ze draait voor de biostoomcentrale, die vijf jaar geleden met veel toeters en bellen werd aangekondigd als de groenste van België. Nochtans had de vorige eigenaar, Electrawinds, beloofd om een alternatief te overwegen, namelijk dat 38% van het transport via binnenwateren te laten verlopen.  Dit werd gebruikt als argumentatie om van de provinciale milieuvergunningscommissie een milieuvergunning af te dwingen. We kijken uit naar het antwoord van de bevoegde gedeputeerde hierop, waarom transport via binnenwateren niet als voorwaarde werd opgenomen in de milieuvergunning.”

“Het is nog maar zeer de vraag of de bevoegde minister de nieuwe aangevraagde milieuvergunning voor verbranding van huishoudafval voor de biostoomcentrale niet zal schrappen. Wij vinden nog steeds dat onze provincie voldoende afvalverbrandingsovens heeft voor huishoudelijk afval en dat er geen nood is aan een bijkomende. We vinden dat bij het toekennen van milieuvergunningen alle aspecten in rekeningen moeten worden gebracht. De argumentatie van de bevoegde gedeputeerde beoordelen wij als onvoldoende wanneer hij stelt dat een milieuvergunning wordt verleend op basis van hinder en dat er geen rekening moet worden gehouden met andere aspecten. De hoge concentratie aan West-Vlaamse verbrandingsovens was te vermijden, waarbij het gezondheidsrisico voor de West-Vlaamse burger ook niet onderschat mag worden,” sluit Wim Aernoudt af.

 

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is